Mogen forfaitaire kosten meegeteld worden voor de huurwaarborg?

In de meeste huurcontracten wordt bepaald dat de huurder een huurwaarborg moet betalen. Mag voor de bepaling van de hoogte daarvan ook rekening gehouden worden met de forfaitaire kosten?

In huurcontracten voor een appartement of studio wordt, naast de eigenlijke huurprijs, ook wel eens een forfait voor kosten in rekening gebracht. Kan de verhuurder die kosten bijtellen bij de huurprijs om de huurwaarborg te bepalen?

WETTELIJKE REGELING

In de woninghuurwet wordt duidelijk aangegeven welke huurwaarborg de verhuurder aan de huurder mag vragen. Deze bedraagt twee of drie maand huur naargelang de vorm van de verstrekte waarborg (waarborg op een geïndividualiseerde rekening op naam van de huurder, bankwaarborg of een bankwaarborg ten gevolge van een standaardcontract tussen een OCMW en een financiële instelling). Het is trouwens de huurder die de keuze maakt.

ENKEL DE HUUR 

Bij het bepalen van de hoogte van de waarborg mag enkel de eigenlijke huurprijs in rekening worden genomen. De forfaitaire kosten die de huurder moet betalen mogen integendeel niet in rekening gebracht worden. Verhuurt een verhuurder bijvoorbeeld een appartement aan 600 euro per maand en zijn er tevens 75 euro forfaitaire kosten, dan mag de waarborg (als die wordt geplaatst op een geïndividualiseerde rekening) 1200 en geen 1350 euro bedragen.

TOCH MEER GEVRAAGD 

Heeft een verhuurder de forfaitaire kosten toch meegeteld voor een reeds geplaatste waarborg, dan kan de huurder vragen dat het teveel gestorte bedrag wordt vrijgegeven vermeerderd met intresten.