Nieuw erfrecht op komst
Vanaf 1 september 2018 verandert er heel wat op het vlak van het wettelijk erfrecht. Maar wat wijzigt er daarbij zoal? En met welke nieuwe regels moet je voortaan rekening houden?
In het Belgisch Staatsblad werd op 1 september laatstleden een wet gepubliceerd die het erfrecht grondig wijzigt. De nieuwe regels treden volgend jaar (2018) op 1 september in werking. We zetten alvast enkele in het oog springende wijzigingen op een rijtje.
Kinderen kunnen meer onterfd worden
De nieuwe wet wijzigt vooreerst de regels rond de erfrechtelijke reserve. Meer bepaald wordt de reserve van afstammelingen teruggebracht tot maximaal de helft van de nalatenschap (tot nu toe was dat maximaal ¾ van de nalatenschap). Dat betekent dus dat wie overlijdt voortaan sowieso vrij kan kiezen aan wie hij of zij de helft van zijn nalatenschap laat toekomen (dat is het beschikbaar deel). De afstammelingen moeten deze reserve onderling verdelen. Zijn er bijvoorbeeld twee kinderen, dan heeft elk van hen minstens recht op ¼ van de nalatenschap. Zijn er drie kinderen dan hebben die elk recht op minimaal 1/6 van de nalatenschap.
Onder de huidige wetgeving hadden ook de ouders van de overledene soms reservataire rechten. Die vallen nu helemaal weg. Deze reserve wordt vervangen door een onderhoudsvordering ten laste van de nalatenschap. Hiervoor is wel vereist dat de ouder behoeftig is. Bovendien geldt deze onderhoudsplicht alleen voor de nalatenschap van iemand die overlijdt zonder nakomelingen.
Schenkingen worden anders 'aangerekend'
Als je tot op heden aan één of meerdere kinderen een schenking deed van een onroerend goed, dan werd die schenking bij de berekening van de inbreng meegerekend aan de waarde die het onroerend goed had … bij je overlijden. Dat had soms bijzonder nadelige gevolgen als in de loop van de jaren het ene onroerend goed meer waard was geworden dan het andere.
Ook als één van je kinderen bv. een bouwgrond van je kreeg met een toenmalige waarde van 50.000 euro en een ander kind kreeg toen een bedrag van 50.000 euro voorzag de wet dat de grond moest worden ingebracht aan de waarde bij je overlijden (allicht veel meer dan die 50.000 euro) terwijl de geldsom die je gaf (en die ten tijde van de schenking evenveel waard was als de grond) aan de nominale waarde (dus 50.000 euro) moest worden ingebracht.
De wet verandert deze spelregels. Meer bepaald gebeurt de inbreng vanaf het moment dat de wet in werking treedt op basis van de intrinsieke waarde van de geschonken goederen op de dag van de schenking, maar geïndexeerd tot de dag van het overlijden. Dat geldt ook voor schenkingen die vroeger gebeurden.
Als je deze nieuwe regels niet ziet zitten en wil dat alles bij het oude blijft, kan je daarvoor kiezen. Je kan namelijk als je vroeger een schenking deed, ervoor kiezen om toch onder de oude regels te blijven vallen. Dit kan je doen door uiterlijk tegen 1 september 2018 bij een notaris een verklaring af te leggen. Weet wel dat het een alles-of-niets-verhaal is. Je keuze geldt voor alle schenkingen die je deed. Je kan er dus niet voor kiezen om voor de ene schenking onder de oude wet te vallen en voor de andere onder de nieuwe.
Overeenkomst afsluiten kan
Onder de bestaande wet is het niet zomaar mogelijk overeenkomsten af te sluiten over een nalatenschap die nog niet is opengevallen. Volgens de nieuwe kan dat onder bepaalde voorwaarden wel. Via zo’n overeenkomst kunnen ouders bijvoorbeeld al tijdens hun leven samen met hun kinderen hun nalatenschap regelen. Het is daarbij belangrijk alle vermoedelijke erfgenamen in rechte neerdalende lijn bij de overeenkomst te betrekken. Voorbeelden van mogelijke afspraken zijn onder andere het afwijken van het voorbehouden erfdeel, het extra begunstigen van een kind dat zorg nodig heeft enz.
Ook specifieke overeenkomsten met bepaalde familieleden zijn mogelijk.
De opmaak van zo’n overeenkomst is werk voor een specialist zoals bijvoorbeeld een notaris of advocaat.